Veel cliënten volgen een op maat gemaakt voedings- of dieetadvies, dat ervoor zorgt dat ze - ondanks de aandoeningen waar ze mee te maken hebben - zo gezond mogelijk door het leven kunnen gaan. In veel gevallen zijn ze door een (huis)arts doorverwezen naar een diëtist. Die helpt hen het aangepaste voedingspatroon zo goed mogelijk in te passen in het dagelijks leven.
Een dieet- of voedingsadvies kan worden voorgeschreven wanneer iemand kampt met onder- of overgewicht, een ziekte of een aandoening (bijvoorbeeld diabetes, hart- en vaatziekten, nierproblemen of maag- en darmklachten) of een allergie (lactoe intolerantie en coeliakie). Soms is het advies erop gericht de inname van bepaalde voedingsstoffen (bijvoorbeeld suiker of zout) zoveel mogelijk te beperken. In andere gevallen kan het zo zijn dat een cliënt van bepaalde stoffen (te denken valt aan eiwitten) juist meer moet binnenkrijgen.
Indien er sprake is van revalidatie of wondgenezing kan goede voeding ervoor zorgen dat de conditie snel verbetert. Bovendien ondersteunt de juiste voeding de weerstand, waardoor cliënten minder vatbaar zijn voor infecties en wonden en zij in veel gevallen sneller zullen genezen. Een dieet- of voedingsadvies kan ook nodig zijn bij de behandeling van chronische en voortschrijdende ziekten als Parkinson, COPD, ALS, kanker en dementie.